4 Veiligheid

4.2 ’Medicatie is op orde, ik eet gezond, maar mis een goed gesprek’

4.2 ’Medicatie is op orde, ik eet gezond, maar mis een goed gesprek’.

“In grote lijnen ben ik heel tevreden. Ik woon naar mijn zin in de Beukenstraat in Goes, ik eet over het algemeen verantwoorde maaltijden en de medicatie is goed geregeld. Maar natuurlijk is er ruimte voor verbetering. Zo mis ik soms een goed gesprek met de andere bewoners. Ook zie ik dat de begeleiding regelmatig tijd tekort komt. Ze doen echt hun best en hun inzet is fantastisch, maar ze schipperen met hun tijd. Dat betekent in mijn geval dat ik soms op hulp moet wachten als mijn televisie stoort of als ik iets op de grond heb laten vallen.”

Dirk woont inmiddels ruim drie jaar in een eigen appartement in de Beukenstraat. Daarvoor woonde hij in de Watertorenstraat. “Toen die locatie werd opgedoekt, koos ik voor de Beukenstraat. Hier zouden meer mensen komen wonen met een lichamelijke beperking. De praktijk is wat weerbarstiger. Dat betekent voor mij dat ik contact hebben op een ander niveau dan ik had verwacht. Begrijp me goed, het zijn allemaal aardige mensen en ik zoek ze zeker op – hele dagen in je eentje is ook niets – maar een diepgaand gesprek voeren, gaat niet.”

Ondersteuning bij medicatie
Door suikerziekte is Dirk blind en slecht ter been. Om die reden heeft hij een rolstoel. Hij is blij dat de medicatie sinds zijn verhuizing naar Gors weer op orde is. “Toen ik nog zelfstandig woonde, was dat een verschrikking. De thuiszorg kwam onregelmatig en zelf vergat ik ook weleens iets. Ik heb nu alle medicatie hier in mijn appartement staan. Dat wordt me vier keer per dag aangereikt door de begeleiding. Dat is nodig, want zelf kan ik niet op de zakjes lezen welke datum of tijdstip erop staat. De begeleiding controleert ook of ik het daadwerkelijk inneem. Verder reiken zij ook de insulinespuit aan en kijken ze mee terwijl ik zelf spuit. Ik vind het heel prettig dat ze dat doen. Zo kunnen zij controleren hoeveel ik spuit en me helpen voorkomen dat ik in een blauwe plek prik. Dat is namelijk erg pijnlijk.”

Thuis eten
De dagen brengt Dirk vooral door met het luisteren naar muziek en met luisterboeken. Eén keer per dag, om 10 uur ’s ochtends, drinkt hij gezamenlijk met de andere bewoners van de Beukenstraat koffie. “Natuurlijk kan ik daar vaker naartoe gaan, in principe ieder koffiemoment en voor de lunch en het diner. Ik geef er de voorkeur aan om dat op mijn appartement te gebruiken. Ik hecht veel waarde aan het journaal en kijk zowel om 12 uur als 18 uur, precies de momenten dat de andere bewoners samen eten. Gelukkig is het mogelijk om de maaltijd hier op te eten. Ik heb daarvoor een speciaal bord en dat wordt dan gebracht. Gelijktijdig doen we dan de medicatie.”

Gezond en verantwoord
Wat betreft het eten zelf is Dirk erg enthousiast. Hij concludeert dat hij gezonder is gaan eten door de verantwoorde maaltijden die hij krijgt. Of hij die altijd eet? Lachend: “Ik regel zelf ook weleens iets. Hier vlakbij is een goede visboer voor kibbeling, een cafetaria, snackbar en sparerib restaurant, een Chinees restaurant en een kraam met heel goede kebab. Soms heeft een begeleider ook trek of is een medebewoner bereid om iets te halen. Ik wou ook thuis weleens friet eten of frituren. Daar hebben we inmiddels afspraken over gemaakt. Dat gebeurt vier dagen per week, want dat betekent voor de begeleiding weer wat extra werk.”

Voldoende aanspraak
Wie Dirk vraagt naar de invulling van de persoonsgerichte zorg, krijgt te horen dat dit beter kan. Gelijktijdig nuanceert hij zijn opmerking, omdat hij ziet dat de begeleiders erg hun best doen. “De bezetting is krap, dus het is logisch dat de zorg uitgaat naar de mensen die dat het hardst nodig hebben. Dat betekent dus wel dat anderen soms tussen wal en schip vallen. Voor mij persoonlijk maakt dat niet zo heel veel uit. Behalve als ik even ergens hulp bij nodig heb. Ik moet dan soms wachten en dat is weleens irritant. Anderzijds, ze komen minimaal vier keer per dag voor de maaltijden en medicatie en stappen daarnaast ook nog regelmatig even binnen. Het is dus niet zo dat ik geen aanspraak heb.”

Lokale cliëntenraad
Zijn kwaliteit van leven waarderen is moeilijk. “Logisch”, aldus Dirk. “Ik kan niet meer zien en lopen. Om die reden waarschuw ik anderen voor suikerziekte. Zelf werkte ik in de ICT, maar dat gaat allemaal niet meer. Sowieso is dagbesteding lastig; er zijn weinig activiteiten waaraan ik kan deelnemen. Daar hebben we echt wel naar gezocht, ook samen met de begeleiders. Momenteel steek ik wat tijd in de lokale cliëntenraad. Het leeft niet erg op deze locatie, er is maar een klein groepje bewoners dat aansluit. Toch is het belangrijk. Voor mijn gevoel doen we nu vooral voorstellen. Ik zou graag willen weten in hoeverre we zeggenschap hebben.”